Advies - niet vergoeden erenumab (Aimovig®) voor de behandeling van migraine

Zorginstituut Nederland heeft de minister voor Medische Zorg in juni 2019 geadviseerd om erenumab (Aimovig®) niet te vergoeden uit het basispakket van de zorgverzekering. In september 2021 hebben we dit medicijn opnieuw beoordeeld en geadviseerd om het wel te vergoeden. Dit medicijn kan worden gebruikt voor de behandeling van bepaalde patiënten met migraine. 

Update november 2021: erenumab (Aimovig®) vergoed vanaf 1 november 2021 naar aanleiding van advies van september 2021

Het Zorginstituut heeft in september 2021 een extra advies uitgebracht over CGRP-remmers. Erenumab is een van de CGRP-remmers. In september 2021 adviseerden wij om de CGRP-remmers in een nieuwe groep van onderling vervangbare geneesmiddelen op bijlage 1A van het GVS te plaatsen. De staatssecretaris van VWS heeft dat advies overgenomen. Dat betekent dat CGRP-remmers vanaf 1 november 2021 onder bepaalde voorwaarden worden vergoed uit het basispakket van de zorgverzekering.

Lees meer over het advies van september 2021

Erenumab is bedoeld voor mensen met migraine

Erenumab is de werkzame stof in het medicijn. De merknaam is Aimovig. Erenumab kan worden gebruikt voor de behandeling van volwassenen met migraine. Het gaat hierbij om mensen die minstens 4 dagen per maand migraine hebben. 

Bij migraine zijn er aanvallen van erge hoofdpijn. Een aanval kan een halve dag tot 3 dagen duren. De pijn is vaak bonzend en kan ook leiden tot misselijkheid.

Erenumab is een vloeistof die je via een injectie onder de huid spuit. De vloeistof wordt daarna langzaam in het bloed opgenomen. Dit vermindert de kans op een aanval van migraine. Erenumab hoort bij een nieuwe groep medicijnen tegen migraine: calcitonin gene-related peptide (CGRP)-remmers.

Meer informatie voor patiënten (Apotheek.nl)
Meer informatie voor professionals (Farmacotherapeutisch Kompas) 

Advies van het Zorginstituut over vergoeding van erenumab

Het Zorginstituut adviseert de minister voor Medische Zorg om erenumab nog niet te vergoeden uit het basispakket van de zorgverzekering. Op basis van het wetenschappelijk advies dat is ingewonnen bij de Nederlandse Vereniging voor Neurologie (NVN) is geconstateerd dat de beroepsgroep erenumab wil inzetten in plaats van het geneesmiddel topiramaat, zowel bij episodische migraine als bij chronische migraine, omdat het een gunstiger bijwerkingenprofiel zou hebben. De fabrikant heeft alleen geen onderzoek gedaan waarin erenumab direct vergeleken wordt met topiramaat. Topiramaat is een ander medicijn tegen migraine en staat al in het geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS).Het Zorginstituut heeft daarom zelf onderzoeken naar topiramaat vergeleken met onderzoeken naar erenumab. Het Zorginstituut komt daarbij tot deze conclusie:

  • De therapeutische waarde van erenumab is gelijk aan die van topiramaat.  
  • Er is geen verschil in het aantal dagen dat patiënten last hebben van migraine.
  • Er is geen verschil in de kans op het krijgen van ernstige bijwerkingen of in het aantal patiënten dat met de behandeling stopt vanwege bijwerkingen. Bovendien zijn de mogelijke bijwerkingen van erenumab op de lange termijn nog niet bekend.

Na het besluit van de minister wil het Zorginstituut samen met de medische beroepsgroep kijken of het mogelijk is om een groep patiënten aan te wijzen, waarvoor het medicijn wél een bewezen meerwaarde heeft.

Erenumab lijkt voor bepaalde patiënten namelijk wel een aanvulling op de medicijnen die nu beschikbaar zijn om migraine te voorkomen. Dit zijn vooral patiënten bij wie de beschikbare medicijnen niet genoeg helpen. Of patiënten die deze medicijnen niet verdragen.

Het Zorginstituut wil bij dit initiatief ook de andere CGRP-remmers betrekken. Het gaat dan om de CGRP-remmers die inmiddels geregistreerd zijn voor het voorkomen van migraine.

Als het Zorginstituut weet hoe haalbaar dit initiatief is, volgt er een nieuw GVS-advies.

Lees hier het vervolgadvies van september 2021 van het Zorginstituut over de CGRP-remmers.

Voorwaarden voor vergoeding van erenumab

De fabrikant vraagt vergoeding voor 2 groepen patiënten, namelijk volwassen patiënten met:

  • chronische migraine, waarbij eventueel medicatie-overgebruik is uitgesloten, als eerstelijnsbehandeling óf;
  • episodische migraine met minimaal 4 migrainedagen per maand met daarbij onvoldoende respons op of een contra-indicatie of intolerantie voor ten minste 2 overige preventieve medicamenteuze behandelingen (candesartan en 1 bètablokker (metoprolol of propranolol)).

Meer informatie of vragen?

Hebt u vragen over dit advies? Mail uw vraag dan naar het Zorginstituut via warcg@zinl.nl. Hebt u vragen over de vergoeding, het eigen risico of wilt u weten of u een eigen bijdrage moet betalen? Kijk daarvoor op onze informatiepagina of vraag het uw zorgverzekeraar.

Hoe is het advies ontstaan?

De Wetenschappelijke Adviesraad (WAR) adviseert het Zorginstituut bij de beoordeling. Op basis van de beoordeling stuurt het Zorginstituut een advies aan de minister voor Medische Zorg. De minister neemt de uiteindelijke beslissing om het medicijn wel of niet te vergoeden uit het basispakket van de zorgverzekering.

Bekijk het filmpje voor meer uitleg over hoe wij de beoordeling van geneesmiddelen aanpakken.

Iedereen in Nederland betaalt mee aan de gezondheidszorg. Zorginstituut Nederland waakt erover dat die zorg goed én betaalbaar blijft.

Komt er bijvoorbeeld een nieuw medicijn op de markt, dan beoordelen wij of het vergoed moet worden uit het basispakket. We geven daarover advies aan de minister voor Medische Zorg.

Die beoordeling gaat zo:
Als een medicijn is goedgekeurd kan de fabrikant een aanvraag bij ons doen voor toelating tot het basispakket. Zodra we alle informatie en wetenschappelijke onderzoeken hebben ontvangen, gaan we aan de slag.
We beantwoorden vragen als:

  • Hoe ernstig is de ziekte?
  • Hoe goed werkt het medicijn?
  • Bij welke groep patiënten?
  • En, wat kost het ten opzichte van wat het oplevert voor de patiënt?

Als er al een medicijn voor de ziekte is, dan vergelijken we ze met elkaar.

Soms blijkt tijdens de beoordeling dat er onzekerheid is over hoe lang de ziekte wegblijft. Of dat het niet bij alle patiënten lijkt te werken. We adviseren dan over wie het medicijn moet krijgen.
Soms is het medicijn heel duur. Vergoeding hiervan kan dan ten koste gaan van zorg voor andere patiënten. We adviseren dan om over de prijs te onderhandelen.

Bij de beoordeling betrekken we patiëntenorganisaties, dokters en zorgverzekeraars. En we krijgen advies van twee onafhankelijke commissies:
de Wetenschappelijke Adviesraad en de Adviescommissie Pakket.

We wegen alle feiten en onzekerheden tegen elkaar af in ons advies. De minister besluit uiteindelijk of het medicijn vergoed wordt uit het basispakket.

Zo besteden we het geld voor de zorg, waar iedereen aan meebetaalt, aan goede medicijnen die het geld waard zijn.

Uitleg over vergoeden van medicijnen

Erenumab is een extramuraal geneesmiddel. Extramuraal betekent: medicijnen voor thuisgebruik die u op recept van een arts bij de apotheek kunt halen. Ze worden alleen vergoed uit het basispakket van de zorgverzekering als ze in het GVS staan. Dit is de afkorting van geneesmiddelenvergoedingssysteem.

De hoogte van de vergoeding verschilt per categorie. Die staan op bijlagen. Kijk voor meer uitleg over het GVS en de bijlagen 1A, 1B en 2 op de pagina ‘Vergoeding van extramurale geneesmiddelen (GVS)’.