Samen met partijen in de zorg onderzoekt Zorginstituut Nederland waar mogelijkheden zijn voor verbeteringen in het zorgtraject voor mensen met pijn op de borst. In medische termen heet dit (verdenking op) stabiele angina pectoris: een niet-acute coronaire hartziekte. Begin 2018 heeft het Zorginstituut het verbetersignalement 'Pijn op de borst' uitgebracht. Hierin staan de afspraken over verbeteringen waar partijen mee aan de slag gaan om de zorg rond ‘pijn op de borst’ te kunnen verbeteren. Het Zorginstituut volgt en ondersteunt waar nodig de implementatie.

Verbetersignalement

In het verbetersignalement 'Pijn op de borst' beschrijft het Zorginstituut dat de zorg voor mensen met pijn op de borst sterk kan worden verbeterd. Samen met patiënten en artsen brengt het Zorginstituut precies in beeld welke verbeteringen in de zorg bij verdenking op problemen in de doorbloeding van de hartspier noodzakelijk zijn, en welke afspraken hierover zijn gemaakt. Voor alle onderdelen van het zorgtraject is een betere aansluiting nodig tussen de eerste lijn (huisarts) en tweede lijn (specialist) om overbehandeling en onderbehandeling te voorkomen. Dit geldt voor de medische aanbevelingen en voor de overdracht van gegevens van patiënten. Betrokken organisaties van patiënten en artsen hebben een belangrijke bijdrage geleverd aan het verdiepingsonderzoek en de totstandkoming van het signalement en de uitkomsten ervan erkend.

Zinnige Zorg - Verbetersignalement Pijn op de borst

Wat gaan patiënten van verbeteracties merken?

Per onderdeel van het zorgtraject zullen patiënten specifieke verbeteringen merken. Meer in het algemeen kunnen patiënten gaan merken dat eerste- en tweedelijns professionals met elkaar afspraken maken over de organisatie van het zorgtraject en over aanbevelingen voor diagnostiek en behandeling. De toegankelijk en kwaliteit van deze zorg zullen daardoor verbeteren. Voor burgers en patiënten zal informatie beschikbaar komen over de betekenis van risicostratificatie en over de aanbevelingen in richtlijnen. In de spreekkamer komt meer aandacht voor gedeelde besluitvorming en ondersteuning hiervan door de ontwikkeling van keuzehulpen of uitgebreide informatie. Ook gaan partijen uitkomstindicatoren ontwikkelen (waaronder PROM)s, waardoor meer inzicht ontstaat in de kwaliteit van deze zorg en de kwaliteitscyclus (beter) kan draaien.

Implementatie van de verbeteracties

Partijen zijn al met veel goede initiatieven aan de slag. Het Zinnige Zorg-traject wil deze aanvullen en de samenwerking tussen partijen intensiveren. Doel is om de zorg voor patiënten pijn op de borst daadwerkelijk verder te verbeteren. De uitvoering en implementatie van de verbeteracties is aan de partijen in de zorg, in lijn met de respectievelijke verantwoordelijkheden in het zorgstelsel. Het Zorginstituut kan als dat nodig blijkt en op verzoek van partijen de implementatie ondersteunen. Bijvoorbeeld door het organiseren van bijeenkomsten om partijen samen te brengen of door het faciliteren van de verspreiding van de analyse en de verbeteracties.

Monitoring

Het Zorginstituut zal de verbeteringen monitoren door jaarlijks met partijen over de voortgang te overleggen. Hierover brengen we een voortgangsrapportage uit aan de minister van VWS en aan de betrokken partijen.

Zinnige Zorg - Voortgangsrapportage implementatiefase 2022
Passende zorg verbetertrajecten - Voortgangsrapportage implementatiefase 2023

Evaluatie

Het Zorginstituut zal een aantal jaar na publicatie van dit Verbetersignalement een eindevaluatie doen van de bereikte verbeteringen en hierover een rapport uitbrengen aan de minister van VWS.

Systematische analyse hart- en vaatstelsel

In 2015 is het Zorginstituut gestart met de doorlichting van het ICD-10-domein 'Hart- en vaatstelsel' (IX I00-I99). Het uitgangspunt van het Zorginstituut was, zoals bij elke doorlichting, het perspectief van de patiënt en de zorg die deze nodig heeft. Naar aanleiding van de analyse zijn er 3 onderwerpen geselecteerd voor nadere verdieping. Dit zijn Implanteerbare Cardioverter Defibrillator (ICD), Perifeer Arterieel Vaatlijden (PAV) en Pijn op de Borst.

Van Zinnige Zorg naar Passende zorg verbetertrajecten

De activiteiten in deze verbetertrajecten zijn onderdeel van de inspanningen van het Zorginstituut Nederland om passende zorg te bevorderen. In het programma ‘Zinnige Zorg’ van Zorginstituut Nederland is de laatste jaren al veel voorwerk gedaan. De verbetersignalementen beschrijven concrete verbeterafspraken over effectieve en kwalitatief goede zorg, die op de juiste plek wordt geleverd en samen met de patiënt tot stand komt. Ook voor preventie is aandacht. Omdat het implementeren van verbeterafspraken leidt tot daadwerkelijke veranderingen die bijdragen aan passende zorg, verandert de naam van Zinnige Zorg naar ‘Passende zorg verbetertrajecten’.

Meer informatie of vragen?

Hebt u vragen over dit traject? Mail uw vraag dan aan Anja Duursma via ons contactformulier.

Tijdlijn

Pijn op de borst

Op 1 december 2023 publiceerde het Zorginstituut de voortgangsrapportage van de implementatiefase.

Passende zorg verbetertrajecten - Voortgangsrapportage implementatiefase 2023

Omdat het implementeren van verbeterafspraken leidt tot daadwerkelijke veranderingen die bijdragen aan passende zorg, verandert de naam van Zinnige Zorg naar ‘Passende zorg verbetertrajecten’.

Het Zorginstituut zal de verbeteracties monitoren en jaarlijks een voortgangsrapportage uitbrengen aan de minister van VWS.

Zinnige Zorg - Voortgangsrapportage implementatiefase 2022

De uitvoering en implementatie van de verbeteracties is aan de partijen in de zorg, in lijn met de respectievelijke verantwoordelijkheden in het zorgstelsel. Het Zorginstituut kan als dat nodig blijkt en op verzoek van partijen de implementatie ondersteunen; bijvoorbeeld door het organiseren van bijeenkomsten om partijen samen te brengen of door het faciliteren van de verspreiding van de analyse en de verbeteracties.

In het verbetersignalement 'Pijn op de borst' beschrijft het Zorginstituut hoe de zorg voor mensen met pijn op de borst sterk kan worden verbeterd. Samen met patiënten en medische professionals brengt het Zorginstituut precies in beeld welke verbeteringen in de zorg bij verdenking op problemen in de doorbloeding van de hartspier noodzakelijk zijn, én welke afspraken hierover zijn gemaakt. Zo is bijvoorbeeld voor alle onderdelen van het zorgtraject  een betere aansluiting nodig tussen de eerste lijn (huisarts) en tweede lijn (specialist) om over- en onderbehandeling te voorkomen. Dit geldt voor de medische zorg en voor de overdracht van gegevens van patiënten. Betrokken organisaties van patiënten en medische professionals hebben een belangrijke bijdrage geleverd aan de totstandkoming van het signalement en de uitkomsten ervan erkend.

Zinnige Zorg - Verbetersignalement Pijn op de borst

De betrokken partijen krijgen de gelegenheid om schriftelijk te reageren op de geformuleerde verbeteracties naar aanleiding van de bijeenkomst op 14 februari 2017.

In deze bijeenkomst met partijen zijn mogelijke verbeteracties naar aanleiding van het onderzoek besproken. De uitkomsten van deze bespreking worden verwerkt in het Verbetersignalement 'Zinnige zorg voor mensen met pijn op de borst' dat in april 2017 aan partijen voor schriftelijke consultatie wordt aangeboden.

De betrokken partijen krijgen de gelegenheid om schriftelijk te reageren op de analyse en de onderzoeksbevinding.

De reacties van partijen worden verwerkt in de analyse en worden meegenomen in de voorbereiding van de bijeenkomst Verbeteracties op 14 februari.

Op 21 maart 2016 heeft er een gezamenlijke bijeenkomst met partijen plaatsgevonden waarin de concept data-analyse tweedelijns zorg is besproken. Aan de hand van de bespreking is de data-analyse verder uitgewerkt en aangescherpt. Op verzoek van partijen is het tweede deel van de bijeenkomst gereserveerd voor overleg tussen partijen over eventuele gezamenlijke afspraken rond de organisatie van de zorg.

De uitkomsten van deze bespreking zijn verwerkt in de concept analyse zorg voor mensen met pijn op de borst. Deze analyse is  in december 2016 aan partijen voor schriftelijke consultatie is aangeboden.

Op 8 september 2015 vond de startbijeenkomst “pijn op de borst” plaats. Tijdens deze bijeenkomst hebben we gezamenlijk met partijen onderzoeksvragen geformuleerd. De onderzoeksvragen richten zich op verschillende onderdelen in het zorgtraject van patiënten met pijn op de borst die potentieel verbeterd zouden kunnen worden. De opeenvolgende onderdelen van het zorgtraject zijn: risicostratificatie en diagnostiek, behandeling, follow-up/cardiovasculair risico management (hierna: CVRM) en hartrevalidatie.

Een deel van het onderzoek heeft het Zorginstituut zelf uitgevoerd (waaronder de analyse van declaratiegegevens). Een deel is aanbesteed en uitgevoerd door wetenschappelijke instituten onder begeleiding van het Zorginstituut en vertegenwoordigers van de betrokken partijen.

In deze analyse hebben we gekeken, als start van de doorlichting, naar het ICD-10 domein “Hart- en vaatstelsel” (IX I00-I99). Het uitgangspunt van het Zorginstituut is, zoals bij elke doorlichting, het perspectief van de patiënt en de zorg die deze nodig heeft. Naar aanleiding van de analyse zijn er 3 onderwerpen geselecteerd voor nadere verdieping. Dit zijn Implanteerbare Cardioverter Defibrillator (ICD), Perifeer Arterieel Vaatlijden (PAV) en Pijn op de Borst.

Zinnige Zorg screeningsfase: Systematische analyse hart en vaatstelsel

Betrokken partijen

  • Hart & Vaatgroep
  • Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie (KNGF)
  • Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG)
  • Nederlands Instituut voor Psychologen (NIP)
  • Nederlandse Diabetes Federatie (NDF)
  • Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU)
  • Nederlandse Vereniging van Diëtisten (NVD)
  • Nederlandse Vereniging van Revalidatieartsen (VRA)
  • Nederlandse Vereniging voor Cardiologie (NVVC)
  • Nederlandse Vereniging voor Hart en Vaat Verpleegkundigen (NVHVV)
  • Nederlandse Vereniging voor Radiologie (NVvR)
  • Nederlandse Vereniging voor Thoraxchirurgie (NVT)
  • Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland (V&VN)
  • Zorgverzekeraars Nederland (ZN)