Advies - Aanpassing vergoedingsvoorwaarden lenacapavir (Sunlenca®)

Zorginstituut Nederland heeft de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) geadviseerd om de voorwaarden van lenacapavir (Sunlenca®) aan te passen, zodat de combinatie van lenacapavir met fostemsavir (Rukobia®) kan worden toegepast en vergoed uit het basispakket van de zorgverzekering. Deze behandeling kan worden gebruikt voor hiv-patiënten bij wie meerdere geneesmiddelen geen effect hebben. Lenacapavir staat al in het Geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS) met extra voorwaarden voor vergoeding. Als de minister ons advies overneemt, worden die vergoedingsvoorwaarden aangepast.

Stand van zaken: advies gestuurd naar de minister

Het Zorginstituut heeft dit advies naar de minister van VWS gestuurd. De minister neemt de uiteindelijke beslissing om de vergoedingsvoorwaarden wel of niet aan te passen.

Lenacapavir met fostemsavir is bedoeld voor hiv-patiënten met zeer uitgebreide resistentie

Lenacapavir is de werkzame stof. De merknaam is Sunleca®. Het medicijn kan in combinatie met fostemsavir (Rukobia®) worden gebruikt bij hiv-patiënten bij wie meerdere geneesmiddelen geen effect hebben. Het gaat om patiënten met zeer uitgebreide resistentie, die anders niet kunnen worden behandeld.

Advies van het Zorginstituut over aanpassing vergoedingsvoorwaarden lenacapavir

Het Zorginstituut adviseert de minister van VWS om de vergoedingsvoorwaarden voor lenacapavir (Sunleca®) aan te passen. Dit zijn de zogeheten bijlage-2 voorwaarden.

Kijk voor meer uitleg over het GVS en de bijlagen 1A, 1B en 2 op de pagina ‘Vergoeding van extramurale geneesmiddelen (GVS)’.

Voorwaarden voor vergoeding van lenacapavir

Sinds 22 september 2022 gelden de volgende voorwaarden voor vergoeding:

Wij adviseren de minister van VWS om deze voorwaarden als volgt aan te passen:

Uitsluitend voor een verzekerde:

  1. met een, tegen meerdere geneesmiddelen resistente, infectie met het humaan immunodeficiëntievirus-1 (hiv-1), voor wie het anders niet mogelijk is om een suppressief antiviraal regime samen te stellen, en 
  2. die dit middel niet gebruikt als pre-expositie profylaxe ter vermindering van de kans op een infectie met het humaan immunodeficiëntievirus

Meer informatie of vragen?

Hebt u vragen over dit advies? Mail uw vraag dan naar het Zorginstituut via warcg@zinl.nl. Hebt u vragen over de vergoeding van een medicijn, het eigen risico of wilt u weten of u een eigen bijdrage moet betalen? Kijk daarvoor op onze informatiepagina over eigen risico en eigen bijdrage. Of vraag het uw zorgverzekeraar.

Hoe is het advies ontstaan

De Wetenschappelijke Adviesraad (WAR) adviseert het Zorginstituut het Zorginstituut bij de beoordeling. Op basis van de beoordeling stuurt het Zorginstituut een advies aan de minister van VWS. De minister neemt de uiteindelijke beslissing om het medicijn wel of niet te vergoeden uit het basispakket van de zorgverzekering.

Bekijk het filmpje voor meer uitleg over hoe wij de beoordeling van geneesmiddelen aanpakken.

Iedereen in Nederland betaalt mee aan de gezondheidszorg. Zorginstituut Nederland waakt erover dat die zorg goed én betaalbaar blijft.

Komt er bijvoorbeeld een nieuw medicijn op de markt, dan beoordelen wij of het vergoed moet worden uit het basispakket. We geven daarover advies aan de minister voor Medische Zorg.

Die beoordeling gaat zo:
Als een medicijn is goedgekeurd kan de fabrikant een aanvraag bij ons doen voor toelating tot het basispakket. Zodra we alle informatie en wetenschappelijke onderzoeken hebben ontvangen, gaan we aan de slag.
We beantwoorden vragen als:

  • Hoe ernstig is de ziekte?
  • Hoe goed werkt het medicijn?
  • Bij welke groep patiënten?
  • En, wat kost het ten opzichte van wat het oplevert voor de patiënt?

Als er al een medicijn voor de ziekte is, dan vergelijken we ze met elkaar.

Soms blijkt tijdens de beoordeling dat er onzekerheid is over hoe lang de ziekte wegblijft. Of dat het niet bij alle patiënten lijkt te werken. We adviseren dan over wie het medicijn moet krijgen.
Soms is het medicijn heel duur. Vergoeding hiervan kan dan ten koste gaan van zorg voor andere patiënten. We adviseren dan om over de prijs te onderhandelen.

Bij de beoordeling betrekken we patiëntenorganisaties, dokters en zorgverzekeraars. En we krijgen advies van twee onafhankelijke commissies:
de Wetenschappelijke Adviesraad en de Adviescommissie Pakket.

We wegen alle feiten en onzekerheden tegen elkaar af in ons advies. De minister besluit uiteindelijk of het medicijn vergoed wordt uit het basispakket.

Zo besteden we het geld voor de zorg, waar iedereen aan meebetaalt, aan goede medicijnen die het geld waard zijn.