Standpunt AFT na een totale borstverwijdering

In dit standpunt concludeert Zorginstituut Nederland dat de behandeling AFT na een totale borstverwijdering vergoed kan worden uit het basispakket van de zorgverzekering voor vrouwen die een borst moeten laten verwijderen door borstkanker of om borstkanker te voorkomen. Het Zorginstituut verbindt aan de vergoeding van AFT meerdere voorwaarden waaraan zorgaanbieders moeten voldoen om de ingreep te mogen aanbieden en verrichten. De ingangsdatum van dit standpunt is 1 januari 2023.

Update maart 2024: aanvulling op standpunt AFT

Het Zorginstituut geeft een aanvulling op het standpunt uit 2023. Dat betekent dat reconstructie met AFT van meer dan een kwart van de borst nu ook wordt vergoed.

Lees de aanvulling op het standpunt.

Aanleiding standpunt en aandoening waarbij de behandeling kan worden toegepast

AFT of autologe vettransplantatie met externe weefselexpansie, zoals deze operatietechniek in medische termen heet, is een operatietechniek waarbij de huid op de plek van de borst eerst wordt opgerekt met behulp van een speciale beha (expander) met een vacuümpomp, die minimaal 10 uur per dag moet worden gedragen. Wanneer de huid voldoende is opgerekt, wordt een nieuwe borst opgebouwd met vetcellen uit het eigen lichaam. Dit gebeurt in meerdere operatiesessies (gemiddeld 3 tot 4).

Via de regeling ‘Voorwaardelijke toelating’ is AFT met externe weefselexpansie sinds 1 oktober 2015 al verzekerde zorg voor een beperkte groep vrouwen die meededen aan wetenschappelijk onderzoek naar de effectiviteit en kosteneffectiviteit ervan. In de zogeheten BREAST-studie werd AFT vergeleken met de standaard-borstreconstructie met siliconen implantaten. Aan deze studie deden 191 vrouwen mee.

Conclusie Zorginstituut

Volgens het Zorginstituut is met dit onderzoek het wetenschappelijke bewijs geleverd dat AFT een voldoende bewezen effectieve behandeling is voor vrouwen die door borstkanker een borstverwijdering hebben ondergaan of bij wie dat preventief is gebeurd. Daarmee voldoet AFT met externe weefselexpansie aan het wettelijk criterium ‘stand van wetenschap en praktijk’ en blijft de behandeling na beëindiging van de voorwaardelijke toelating, ook na 1 januari 2023 vergoede zorg voor de omschreven doelgroep.

Waarborgendocument voor passende zorg

Het Zorginstituut verbindt voorwaarden aan vergoeding om passende zorg voor patiënten te kunnen garanderen. De beroepsgroep van plastisch chirurgen heeft inmiddels samen met patiëntenvertegenwoordigers en zorgverzekeraars een waarborgendocument ontwikkeld. Daarin staan de afspraken om de zorg passend en doelmatig te leveren en om inzicht te geven in de kwaliteit van die zorg. Het gaat om de volgende afspraken:

  • Selectiecriteria die waarborgen dat alleen vrouwen bij wie door borstkanker een borst is afgezet of ter preventie ervan, in aanmerking te komen voor AFT met externe weefselexpansie.
  • Hoe en wanneer de beroepsgroep, patiëntenvereniging en zorgverzekeraars samen richtlijnen voor samen beslissen gaan ontwikkelen. Het doel is om vrouwen goed te informeren over de voor- en nadelen van AFT, zodat zij samen met hun behandelaar een weloverwogen keuze kunnen maken voor de best passende behandeling.
  • Hoe en wanneer en trainingen en opleidingseisen worden ontwikkeld voor plastisch chirurgen om deze operatietechniek te mogen uitvoeren.
  • Omdat nog onvoldoende duidelijk is wat het effect van AFT is op de kwaliteit van leven van vrouwen en ook of de zorg voldoende kosteneffectief is, is data-registratie noodzakelijk om te kunnen monitoren en evalueren.

Procedure bij een standpunt

Alleen zorg die effectief is, mag deel uitmaken van het basispakket van de zorgverzekering. Dit is vastgelegd met de juridische term 'stand van de wetenschap en praktijk'. Vaak is zonder meer duidelijk of zorg uit het basispakket kan worden vergoed, maar niet altijd. In zulke gevallen kan het Zorginstituut besluiten te beoordelen of die zorg in aanmerking komt voor vergoeding. Zo'n beoordeling noemen we een duiding.

De uitkomst van een duiding heet een standpunt. Een standpunt heeft gevolgen voor de basisverzekering. Als sprake is van een positief standpunt, dan geeft het Zorginstituut aan op welk moment is voldaan aan de stand van de wetenschap en praktijk. Dat is het moment waarop de zorg officieel tot het basispakket behoort en wordt vergoed. Als er sprake is van een negatief standpunt, dan wordt de zorg niet vergoed uit het basispakket van de zorgverzekering.

Meer informatie over de procedure bij een standpunt vindt u op de pagina 'Verduidelijking van het basispakket - standpunten'.