In dit jaarverslag legt Zorginstituut Nederland verantwoording af aan onze eigenaar en opdrachtgevers op het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS).
Het jaar van Passende zorg
2021 stond in het teken van een duidelijke positionering van het Zorginstituut en het leveren van een concrete bijdrage aan goede verzekerde zorg voor 17 miljoen mensen in Nederland. We hebben onze ideeën over Passende zorg uitgedragen en verder uitgewerkt. Daarmee hebben we duidelijk positie ingenomen in het gesprek over de zorg in de toekomst. Veel betrokkenen in de zorg herkennen de noodzakelijkheid van Passende zorg om ook in de toekomst goede, toegankelijke en betaalbare zorg te kunnen leveren. Het is goed om te zien dat het nieuwe kabinet Passende zorg heeft omarmd in het coalitieakkoord. Wij zien in Passende zorg ook in 2022 een richtinggevende oplossing voor het probleem dat de zorg onbetaalbaar en, door gebrek aan personeel, onuitvoerbaar dreigt te worden.
Deze infographic brengt de belangrijkste punten uit het Jaarverslag 2021 van Zorginstituut Nederland in beeld.
Het jaar 2021 in beeld
3,49% ziekteverzuim
3,8% aandeel coronakosten in de totale zorguitgaven
4 principes van Passende zorg
4 praktijktoetsen Regie op Registers
10,8% uitgavenstijging aan langdurig zorg (Wlz)
13 intramurale geneesmiddeladviezen
15 Wob-verzoeken
100.000 unieke bezoekers per dag had het FK
19 landen: voor hen voeren wij het secretariaat van de HTAi
29 extramurale geneesmiddeladviezen
406 fte: de gemiddelde bezetting van het Zorginstituut
17 miljoen Nederlanders hebben recht op goede verzekerde zorg
60 miljoen pageviews op jaarbasis heeft het Farmacotherapeutisch Kompas (FK)
71,8 miljoen euro: ons budget voor 2021
48,6 miljard uitgaven aan de Zorgverzekeringswet (Zvw)
Belangrijke resultaten en ontwikkelingen
In 2021 heeft het Zorginstituut een aantal mooie bijdragen geleverd aan goede verzekerde zorg. Zo brachten we adviezen uit over het gen-medicijn Zolgensma voor de zeldzame spierziekte SMA en over moleculaire diagnostiek. Met onze subsidieregelingen stimuleerden we onder meer veelbelovende zorg en samen beslissen. Ook startten we met activiteiten in het kader van Passende zorg. De resultaten daarvan gaan we in 2022 verzilveren.
We lichten een aantal voorbeelden uit die in 2021 beeldbepalend waren voor onze bijdragen aan het pakket van goede verzekerde zorg.
Namuscla (mexiletine) moet niet worden vergoed uit het basispakket van de zorgverzekering. Het medicijn voor de behandeling van de zeldzame spierziekte niet-dystrofische myotonie werkt goed, maar de prijs ervan is veel hoger dan van bestaande medicijnen met mexiletine. Bestuursvoorzitter Sjaak Wijma zei hierover: “De Europese weesgeneesmiddelenregeling gebruiken voor een bestaand medicijn als mexiletine, vinden wij misbruik. De onnodig hoge prijs van het medicijn ondermijnt de solidariteit van ons zorgstelstel.” Voor patiënten zijn andere, goedkopere medicijnen met mexiletine beschikbaar. Daarom adviseert het Zorginstituut de minister van VWS om Namuscla niet te vergoeden en de veel goedkopere apotheekbereidingen wel in de basisverzekering op te nemen. Zo houden patiënten wel toegang tot het medicijn dat zij nodig hebben én betalen we als samenleving een redelijke prijs.
KIK-V staat voor Keteninformatie Kwaliteit Verpleeghuiszorg. Ketenpartijen in de verpleeghuiszorg maken in dit programma afspraken over het vastleggen en uitwisselen van kwaliteitsinformatie. Het doel van KIK-V is ervoor te zorgen dat die informatie-uitwisseling beter verloopt. De rol van het Zorginstituut is in dit programma vooral faciliterend. Zo zijn we voorzitter van de Ketenraad KIK-V, waarin alle deelnemende partijen zitting hebben.
In 2021 is de eerste fase van het programma KIK V afgerond. Er is een afsprakenset KIK-V ontwikkeld. Daarin zijn afspraken vastgelegd over welke informatie wordt gedeeld en hoe de informatie goed kan worden uitgewisseld.
- Meer lezen? Bekijk de website van KIK-V.
Moleculaire diagnostiek is een verzamelnaam voor voorspellende testen die de genetische eigenschappen van tumoren te bepalen. Die zijn belangrijk voor het stellen van de diagnose, de prognose en het voorspellen van de gevoeligheid voor bepaalde geneesmiddelen tegen uitgezaaide kanker. Op verzoek van de minister van VWS werkt het Zorginstituut met het veld aan het verbeteren van de kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van moleculaire diagnostiek. De resultaten gaan bijdragen aan passende zorg voor patiënten met kanker.
- Lees meer op de pagina: Moleculaire diagnostiek - uitvoering advies in tranche 2.
Steeds vaker worden dure, specialistische geneesmiddelen op de markt toegelaten, terwijl nog onzekerheid bestaat over de (kosten)effectiviteit en de plaats in de behandeling. Deze middelen worden vaak automatisch opgenomen in het basispakket van de zorgverzekering. Maar dit zijn soms niet-uitontwikkelde producten, waarvoor wel een volwaardige prijs wordt berekend. In april 2021 zijn we samen met veldpartijen 4 praktijktoetsen gestart over de registratie van de effecten van geneesmiddelen. Deze onderzoeken zijn onderdeel van het project Regie op Registers voor Dure Geneesmiddelen. Goede registratie maakt het mogelijk om geneesmiddelen te beoordelen op hun waarde in de praktijk. Zodat zorgaanbieders medicatie beter kunnen inzetten, patiënten sneller de juiste zorg ontvangen en de overheid de taak van pakketbeheer beter kan uitvoeren.
- Meer lezen over Regie op Registers? Bekijk de pagina: Regie op Registers voor Dure Geneesmiddelen (ROR DGM).
Het nieuwe geneesmiddel Kaftrio boekt bij patiënten met taaislijmziekte betere resultaten dan de behandeling met andere middelen. Maar het is niet bekend of de gezondheidswinst langdurig aanhoudt. Om dit te onderzoeken, adviseerde het Zorginstituut een Europese samenwerking. De Amerikaanse producent Vertex vraagt een onverklaarbaar hoge prijs voor Kaftrio. Die moet met minstens 75% dalen, adviseerden wij de minister van VWS. We verzochten de minister bovendien om in EU-verband een prijsafspraak te maken voor de reeks geneesmiddelen waar Kaftrio onderdeel van is. Zo voorkomen we dat Vertex bij elk nieuw middel steeds hogere prijzen vraagt, zoals nu gebeurt.
Zolgensma is een geneesmiddel op basis van gentherapie dat veel kan betekenen bij de behandeling van jonge kinderen met de ernstige spierziekte SMA type 1. Ons advies over de vergoeding van het middel was positief. Maar vanwege de onzekerheid over de werking op langere duur stelden we een paar belangrijke voorwaarden voor de vergoeding. Die voorwaarden gingen over de prijs en het kunnen volgen van de effecten van het middel.
Het Zorginstituut vindt het een terechte beslissing van de Autoriteit Consument & Markt (ACM) om geneesmiddelenbedrijf Leadiant een boete op te leggen van bijna € 20 miljoen, dat statement maakten we medio 2021. Leadiant heeft het bestaande geneesmiddel CDCA in 2017 geregistreerd als weesgeneesmiddel voor de zeldzame stofwisselingsziekte CTX. De fabrikant heeft de prijs van het middel toen meteen flink verhoogd. Door de regels die zijn verbonden aan de status van weesgeneesmiddel, kreeg Leadiant 10 jaar lang het alleenrecht om CDCA op te markt te brengen. Door zo een geneesmiddel ‘te kapen’, heeft Leadiant volgens de ACM misbruik gemaakt van zijn economische machtspositie.
Door de stappen van Leadiant kon het Zorginstituut in 2018 niet anders dan oordelen dat CDCA (Leadiant) in principe in aanmerking komt voor vergoeding uit het basispakket van de zorgverzekering. Wel adviseerden we de minister om met de fabrikant te onderhandelen over de extreem hoge prijs.
Inmiddels is de situatie veranderd: sinds 1 januari 2020 kunnen apotheekbereidingen worden vergoed, terwijl het geregistreerde middel niet tot de basisverzekering wordt toegelaten. Van die mogelijkheid hebben we begin 2021 gebruikgemaakt bij het advies om mexiletine, een ander 'gekaapt' weesgeneesmiddel, niet te vergoeden en de apotheekbereidingen wel.
- Lees het nieuwsbericht: 'Boete ACM steun in de rug voor goede, betaalbare zorg'.
- Lees meer over de vergoeding van mexiletine: GVS-advies mexiletine (Namuscla®) bij de behandeling van non-dystrofische myotonie.
In het ‘Zinnige Zorg Verbetersignalement Maagklachten’ constateerden we dat het mogelijk en nodig is om meer passende zorg bij maagklachten te bieden. Herziening en betere navolging van behandelrichtlijnen én goede informatie voor patiënten zijn daarvoor noodzakelijk. Volgens het Zorginstituut worden de zogeheten protonpompremmers (PPI’s) vaak onterecht voorgeschreven. Veel patiënten slikken deze maagzuurremmers langdurig, terwijl chronisch gebruik de kans op gezondheidsrisico’s vergroot. Het terugdringen van overdiagnostiek en overbehandeling bij maagklachten kan volgens het Zorginstituut een besparing opleveren.
- Lees meer over het verbetersignalement: Maagzuurremmer bij maagklachten vaak onnodige zorg.
De minister voor Medische Zorg heeft ons advies overgenomen om larotrectinib en entrectinib voorwaardelijk toe te laten tot het basispakket. Larotrectinib en entrectinib zijn tumor-agnostische middelen. Die middelen kunnen worden ingezet voor verschillende typen kanker, zolang er sprake is van de DNA-afwijking. Het maakt dus niet uit waar de tumor zit. Dit in tegenstelling tot de meeste geneesmiddelen tegen kanker, die uitgaan van het specifieke orgaan of weefsel waarin de tumor is ontstaan. Door de voorwaardelijke toelating zijn de middelen de komende 3,5 jaar beschikbaar voor patiënten. In deze periode verzamelen zorgverleners zoveel mogelijk gegevens over de behandelingen. We beoordelen na afloop van die 3,5 jaar of de middelen in het basispakket kunnen blijven.
- Meer weten over dit advies? Lees het nieuwsbericht: Twee veelbelovende kankermedicijnen voorlopig beschikbaar voor patiënten.
In 2021 adviseerden we de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) dat 3 nieuwe medicijnen voor de behandeling van chronische migraine kunnen worden vergoed uit het basispakket. Alleen patiënten met chronische migraine die niet reageren op 2 andere behandelmethoden komen in aanmerking voor deze zogenoemde CGRP-remmers. Zorgverleners en zorgverzekeraars moeten nog duidelijke afspraken maken over het gepast gebruik van deze middelen. Zo moeten er start- en stopcriteria komen, voor als de remmers bij een patiënt onvoldoende resultaat geven. Het Zorginstituut heeft de minister ook gevraagd om een uitzondering te maken voor een groep van 400 à 500 mensen met chronische migraine, die het middel al gebruiken.
- Meer lezen over dit advies? Lees het nieuwsbericht: Medicijnen met CGRP-remmers bij chronische migraine onder voorwaarden in basispakket.
Het ministerie van VWS en het Zorginstituut vinden het belangrijk Europese samenwerking aan te gaan, onder meer op het gebied van evaluatie van gezondheidstechnologie (Health Technology Assessments, ofwel HTA). Door samen te werken, leren we van elkaar, voorkomen we dubbel werk en kunnen we de doorlooptijden van evaluaties verkorten. Het Zorginstituut is deelnemer aan dit samenwerkingsverband tussen 19 landen en voert de komende paar jaar het secretariaat van HTA.
- Meer weten over HTA? Bekijk de pagina EUnetHTA - European network for Health Technology Assessments.
Het onderzoek ‘Alle aandacht naar implementatie – evaluatie van de kennisinfrastructuur langdurige zorg’ gaat over de ontwikkelmogelijkheden voor de kennisinfrastructuur in de langdurige zorg. Het onderzoek beschrijft hoe partijen hierin kunnen samenwerken. Altijd met de cliënt en diens kwaliteit van leven als uitgangspunt. Om de kennisontwikkeling en professioneel handelen in de langdurige zorg te bevorderen, gaf het Zorginstituut in 2021 een advies over de inrichting van de evaluatiefunctie in de langdurige zorg. Hierdoor kan kennis veel meer op maat worden ontwikkeld en toegepast.
- Meer weten? Lees het onderzoek: Alle aandacht naar implementatie – evaluatie van de kennisinfrastructuur langdurige zorg.
Het Zorginstituut heeft in december 2021 de beleidsregels voor de catastroferegeling (voor zorgverzekeraars) aangepast. De catastroferegeling trad in werking nadat de WHO in maart 2020 de coronapandemie afkondigde. In de beleidsregels is vastgelegd welke kosten voor verzekeraars als meerkosten door COVID-19 worden gezien. De aanpassing was nodig, omdat gedurende de pandemie steeds betere informatie beschikbaar kwam over de kosten als gevolg van COVID-19.
- Meer weten? Bekijk de pagina: Beleidsregels catastrofebijdrage coronapandemie 2020 en 2021.
Het Zorginstituut onderzoekt in het programma Zinnige Zorg hoe in de praktijk gebruik wordt gemaakt van het verzekerde basispakket. De kern van het programma is het signaleren en terugdringen van niet-effectieve of onnodige zorg. Zodat de kwaliteit van de zorg voor de patiënt verbetert, de gezondheidswinst toeneemt en onnodige kosten worden vermeden. In het bijzonder vermeldenswaardig zijn de verbetersignalementen: