Zorg in de laatste levensfase vraagt duidelijker behandelperspectief

Om zorg te bieden die aansluit bij de behoeftes in de laatste levensfase van de patiënt is het nodig om zijn of haar persoonlijke wensen en voorkeuren tijdig te verkennen. Op het moment van de diagnose van de ongeneeslijke ziekte én gedurende het verdere ziektebeloop moet de zorgbehoefte bovendien opnieuw verkend worden, zodat zorg met een gepast behandelperspectief ingezet wordt. In het Verbetersignalement 'Zorg in de laatste levensfase bij mensen met longkanker of darmkanker' geeft het Zorginstituut de resultaten weer van het onderzoek naar zorg voor deze patiënten.

De foto toont verpleegkundigen die assisteren bij een MRI-scan van een patiënt

Tijdig en bij herhaling in gesprek met de patiënt

Het verbetersignalement laat zien dat er ruimte is voor verbetering in het gesprek met de patiënt én in de afstemming tussen zorgprofessionals onderling over de voorkeuren en zorgbehoeften van de patiënt. Om zorg te bieden die aansluit op de behoeften van de patiënt en dus een gepaste behandelperspectief in te kunnen zetten, is het nodig om de persoonlijke doelen van de patiënt over zorg tijdig te verkennen en wanneer nodig bij te stellen. Als ziektegerichte behandeling, zoals palliatieve chemotherapie en/of radiotherapie niet meer mogelijk is, zijn er nog andere mogelijkheden van zorg. Het inzichtelijk maken hiervan verschaft medisch specialisten een basis voor de informatieverstrekking aan de patiënt.

Een goede communicatie en afstemming van zorg tussen zorgverleners in de gehele keten van zorg is daarbij een andere voorwaarde om zorg vanuit het perspectief van de patiënt daadwerkelijk te kunnen laten plaatsvinden.

De partijen zijn al met veel goede initiatieven aan de slag. Het zeer recentelijk ontwikkelde 'Kwaliteitskader Palliatieve Zorg' is hiervan een voorbeeld.

Afname van behandeling in laatste levensfase

Signalen uit al dan niet wetenschappelijke publicaties doen vermoeden dat er in de laatste levensfase lang wordt doorbehandeld. Het verbetersignalement laat echter ook zien dat de inzet van behandelingen afneemt in de laatste levensmaanden: er wordt minder gestart met chemotherapie, radiotherapie, biologicals of operaties naarmate het levenseinde nadert.
Het algemene zorggebruik in de laatste levensmaanden neemt echter wel toe: patiënten bezoeken vaker de eerste hulp, worden vaker opgenomen in een ziekenhuis of op de IC, krijgen meer controlebezoeken en diagnostisch onderzoek.
De onderzoeksresultaten laten zien dat de beelden van longkanker en darmkankerpatiënten met elkaar overeenkomen.

Verbetersignalement longkanker of darmkanker

In het verbetersignalement is gekozen voor de laatste levensfase bij mensen met long- of darmkanker, omdat uitgezaaide longkanker doorgaans op korte termijn een slechte prognose heeft en uitgezaaide darmkanker juist een ziekte is met langere overlevingsduur. Met de keuze voor deze twee tumortypen heeft het Zorginstituut onderzocht of het verschil in ziektebeloop invloed heeft op de geboden zorg in de laatste levensfase. Omdat de onderzoeksresultaten voor longkanker en darmkankerpatiënten overeenkomen, sluit het Zorginstituut niet uit dat de resultaten en inzichten uit dit onderzoek ook kunnen gelden voor andere tumortypen.