Protonentherapie is een nieuwe vorm van radiotherapie (bestraling). De wijze waarop de straling wordt opgewekt is bij protonentherapie anders dan het geval is bij de conventionele technieken (zoals fotonenbestraling). Dit maakt het mogelijk een hogere dosis op de tumor en een lagere dosis op de omliggende organen en weefsels te geven. Voordeel van dit laatste is dat de schade aan omringende organen en weefsels kan worden beperkt. Als gevolg daarvan kunnen ernstige bijwerkingen, die vaak pas jaren laten optreden, worden verminderd.
Protonentherapie beschikbaar in Nederland
Vanaf begin 2018 is protonentherapie in Nederland beschikbaar. Het Protonen Therapie Centrum Groningen (PTCG) heeft als eerste een start gemaakt met het toepassen van protonentherapie bij daarvoor in aanmerking komende patiënten. Ook het in Delft gevestigde protonencentrum, Holland Particle Therapy Centre (HPTC), en het in Maastricht gevestigde centrum, Zuidoost Nederland Proton Therapy Centre (ZON-PTC), zijn inmiddels begonnen met de behandeling van patiënten met protonentherapie.
- Protonen Therapie Centrum Groningen (PTCG)
- Holland Particle Therapy Centre (HPTC) Delft
- Zuidoost Nederland Proton Therapy Centre (ZON-PTC) Maastricht
Protonentherapie en basisverzekering
Het Zorginstituut heeft in de afgelopen jaren verschillende rapporten uitgebracht over protonentherapie. In het rapport 'Protonentherapie' uit 2009 heeft het Zorginstituut uiteengezet hoe beoordeeld wordt of en bij welke indicaties protonentherapie onderdeel is van het basispakket.
In de standpunten uit 2010, 2011 en 2019 heeft het Zorginstituut geconcludeerd dat protonentherapie bij een aantal indicatiegebieden onderdeel is van het basispakket. Dat betreft de volgende indicatiegebieden:
- Intra-oculaire tumoren, chordomen/chondrosarcomen en pediatrische tumoren. Dit worden ook wel de ‘standaardindicaties’ genoemd.
- Hoofd-halstumoren, mammacarcinomen, longcarcinomen en prostaatcarcinomen. Dit worden ook wel de ‘model-based indicaties’ genoemd.
-
Neuro-oncologische tumoren.
Standpunten
- Standpunt - Protonentherapie bij zaadbalkanker kan worden vergoed uit basispakket - 10 april 2024
- Standpunt - Aanpassing landelijk indicatieprotocol voor vergoeden protonentherapie bij neuro-oncologische tumoren - 14 september 2023
- Brief - Protonentherapie borstkanker ter preventie tweede primaire tumoren kan worden vergoed uit basispakket - 14 juni 2023
- Standpunt Protonentherapie: Indicaties voor protonentherapie (deel 1) - Intra-oculaire tumoren, Chordomen/chondrosarcomen en Pediatrische tumoren - 23 maart 2010
- Standpunt Protonentherapie: Indicaties voor protonentherapie (deel 2) - Model-based indicaties: Hoofd-halstumoren, Mammacarcinoom, Longcarcinoom en Prostaatcarcinoom - 22 augustus 2011
-
Standpunt Protonentherapie bij neuro-oncologische tumoren - 9 juli 2019
Zorgvuldige selectie van patiënten
Voor patiënten met intra-oculaire tumoren, chordomen/chondrosarcomen of met pediatrische tumoren is behandeling met protonentherapie in principe de behandeling van eerste keuze. Wel zullen de behandelend arts en de patiënt altijd nog gezamenlijk moeten bespreken of er wellicht redenen zijn om toch van protonentherapie af te zien en voor een andere vorm van bestraling te kiezen.
Voor de overige genoemde indicaties ligt dit anders. Patiënten die een aandoening hebben binnen één van die indicatiegebieden komen niet automatisch in aanmerking voor (vergoeding van) protonentherapie. Dat is alleen het geval als de verwachting is dat zij een belangrijk voordeel zullen hebben van protonentherapie in vergelijking met een andere moderne bestralingstechniek met fotonen. Voor iedere individuele verzekerde zal daarom moeten worden nagegaan of protonentherapie de meest geëigende vorm van radiotherapie is in vergelijking met andere optimale bestralingstechnieken.
Indicatieprotocollen
Om de patiënten die in aanmerking komen voor protonentherapie zorgvuldig te kunnen selecteren, heeft de beroepsgroep van radiotherapeuten (de Nederlandse Vereniging voor Radiotherapie en Oncologie, de NVRO) voor de betreffende indicaties indicatieprotocollen opgesteld. Het Zorginstituut heeft 5 indicatieprotocollen op hoofdlijnen getoetst. Deze protocollen zijn te vinden op de website van de NVRO.
Als een behandelaar-radiotherapeut met toepassing van één van deze protocollen heeft geconcludeerd dat voor de individuele patiënt de behandeling van eerste keuze is, dan mag de zorgverzekeraar ervan uitgaan dat de betreffende verzekerde ook ‘redelijkerwijs is aangewezen op’ protonentherapie en dat deze behandeling in dat geval voor vergoeding ten laste van de basisverzekering in aanmerking komt.
De toetsing door het Zorginstituut van de betreffende indicatieprotocollen is terug te vinden in de volgende documenten:
- Brief aan minister over Landelijk indicatieprotocol protonentherapie hoofd-halstumoren
- Brief aan minister over Landelijk indicatieprotocol protonentherapie borstkanker
-
Brief aan minister over Landelijk indicatieprotocol protonentherapie (cranio)spinale as bestraling
-
Brief aan VWS over Landelijk indicatieprotocol protonentherapie longcarcinoom
Afwikkeling van een gereviseerd indicatieprotocol
Het kan zich voordoen dat de beroepsgroep van radiotherapeuten ertoe overgaat een landelijk indicatieprotocol op onderdelen te herzien. Daar kunnen verschillende redenen voor zijn. Bijvoorbeeld naar aanleiding van nieuwe inzichten uit de wetenschappelijke literatuur of naar aanleiding van een actualisatie/update van een NTCP-model. Het Zorginstituut heeft met de beroepsgroep afgesproken dat het aangepaste protocol met een voorlegger wordt aangeboden aan het Zorginstituut. De wijzigingen en de eventuele consequenties beschrijft en onderbouwt de beroepsgroep in de voorlegger aan de hand van vaste onderdelen of rubrieken. Het Zorginstituut zal vervolgens aan de hand van de voorlegger de voorgelegde aanpassingen toetsen en accorderen. Zo nodig zal het Zorginstituut, alvorens tot accordering over te gaan, de beroepsgroep vragen om nadere onderbouwing of verheldering.
Samenvatting: Wanneer wordt protonentherapie vergoed vanuit het basispakket?
Het Zorginstituut heeft vanwege vragen in de uitvoeringspraktijk in april 2018 in een brief de op dat moment actuele situatie over protonentherapie en de basisverzekering samengevat. Inmiddels is de situaties gewijzigd vanwege een aantal positieve beoordelingen die het Zorginstituut nadien heeft gedaan.
Kort samengevat is op dit moment de situatie met betrekking tot het basispakket als volgt:
- Verzekerden met een zogenoemde standaardindicatie komen in principe in aanmerking voor (vergoeding van) protonentherapie ten laste van de basisverzekering. Standaardindicaties zijn: intra-oculaire tumoren, chordomen/chondrosarcomen en pediatrische tumoren;
- Verzekerden met één van de hierna genoemde indicaties, komen voor (vergoeding van) protonentherapie ten laste van de basisverzekering in aanmerking, maar alleen indien een behandelaar-radiotherapeut met toepassing van de respectievelijke Landelijk indicatieprotocollen van de NVRO heeft geconcludeerd dat voor de betreffende patiënt een klinisch relevant voordeel is te verwachten. Het betreft de volgende indicaties:
- Hoofd-hals tumoren
- Borstkanker
- Neuro-oncologische tumoren
- Craniospinale as bestraling
- Primair longcarcinoom en overige intra-thoracale tumoren zoals genoemd in het betreffende indicatieprotocol
Voor alle overige situaties bestaat op dit moment geen recht op (vergoeding van) protonentherapie ten laste van de basisverzekering.
Zie de brief 'Protonentherapie: wanneer wordt het vergoed uit het basispakket?' - 12 april 2018.
Expertgroep protonentherapie
Het Zorginstituut heeft de Expertgroep protonentherapie in het leven geroepen. Deze expertgroep bestaat uit verschillende veldpartijen, waaronder de NVRO, de Nederlandse Federatie van Kankerpatiëntenorganisaties (NFK) en Zorgverzekeraars Nederland (ZN). De expertgroep komt elk half jaar bij elkaar bij het Zorginstituut en volgt de voortgang van de introductie van protonentherapie in Nederland.