In opdracht van Zorginstituut Nederland heeft onderzoeksbureau Significant onderzocht in hoeverre proactieve zorgplanning is geïmplementeerd in de kankerzorg. Het rapport laat zien wat goed werkt en welke belemmeringen er zijn om proactieve zorgplanning standaard onderdeel te maken van de zorg voor mensen met kanker. Met dit onderzoek wil het Zorginstituut proactieve zorgplanning in de oncologie stimuleren. 

Aanleiding: zorg buiten het ziekenhuis nieuwe manier van kankerzorg

Het Zorginstituut heeft dit onderzoek laten doen naar aanleiding van de ‘Signalementen Passende zorg voor mensen met kanker’, deel 2 en deel 3. In deze signalementen pleit het Zorginstituut voor een verandering van zorg die alleen op behandeling is gericht naar proactieve zorgplanning. Dit is het proces van continu vooruitdenken, plannen en organiseren van zorg. Zorgprofessionals en patiënten bespreken welke zorg het beste past bij de wensen en mogelijkheden van de patiënt en diens omgeving. Niet alleen het ‘nu’, maar ook de toekomst weegt mee. Proactieve zorgplanning is dus van belang in elke fase van ziekte.

Samenvatting: verbetering proactieve zorgplanning mogelijk

Het onderzoek laat zien dat er ruimte is voor verbetering van proactieve zorgplanning in alle fasen van kankerzorg. Dit onderzoek gebeurde op basis van richtlijnen voor kankerzorg, een vragenlijst over de implementatie van proactieve zorgplanning, 5 focusgroepen en een groepsinterview bij 5 verschillende ziekenhuizen over hoe zij proactieve zorgplanning toepassen voor patiënten met kanker. De belangrijkste uitkomsten zijn:

  • Veel van de ziekenhuizen die aan dit onderzoek meededen houden zich bezig met proactieve zorgplanning. Maar de toepassing blijft vaak beperkt tot de palliatieve fase. Dat is als mensen niet meer beter worden.
  • Het meewegen van persoonlijke omstandigheden, behoeftes en voorkeuren in keuzes in alle fasen van het zorgtraject komt in de praktijk nauwelijks voor. Dat is geen integraal onderdeel van de oncologische richtlijnen. 
  • Zorgprofessionals die aan dit onderzoek meededen zijn ervan overtuigd dat proactieve zorgplanning standaard onderdeel moet zijn in alle fasen van de kankerzorg. Om dit voor elkaar te krijgen zijn er verschillende voorwaarden, bijvoorbeeld:
    • genoeg tijd voor zorgverleners; en
    • een digitaal systeem dat uitwisseling tussen zorgprofessionals ondersteunt. 
  • De oncologen hebben een belangrijke rol. Maar op veel plekken zijn het juist andere zorgprofessionals die bezig zijn met proactieve zorgplanning. Bijvoorbeeld verpleegkundigen en verpleegkundig specialisten.
  • Juist de betrokkenheid van artsen is heel belangrijk om proactieve zorgplanning een vaste plaats te geven in het zorgtraject.

Wat gebeurt er verder met de resultaten van het onderzoek?

Het Zorginstituut gebruikt de resultaten bij het aanjagen van de implementatie van proactieve zorgplanning in alle fasen van ziekte en behandeling. Ook gaan we het onderwerp voordragen voor de pakketagenda. Deze agenda is een afspraak uit het Integraal Zorgakkoord (IZA). De agenda prioriteert onderwerpen om passende zorg te bevorderen en niet-passende zorg te verminderen.