Zorginstituut Nederland heeft de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) geadviseerd om de voorwaarden van bepaalde SGLT2-remmers te laten vervallen. Het gaat om de medicijnen canagliflozine (Invokana®), dapagliflozine (Forxiga®), empagliflozine (Jardiance®) en ertugliflozine (Steglatro®). SGLT2-remmers worden al vergoed vanuit het basispakket van de zorgverzekering voor bepaalde patiënten met diabetes mellitus type 2. Ze zijn dus al opgenomen in het Geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS). De minister heeft ons advies inmiddels overgenomen. Dat betekent dat de bijlage 2-voorwaarden van deze medicijnen vervallen per 1 augustus 2025. De medicijnen blijven vergoed.
Update juli 2025: bijlage 2-voorwaarden vervallen per 1 augustus 2025
De minister van VWS heeft het advies inmiddels overgenomen. De bijlage 2-voorwaarden vervallen per 1 augustus 2025.
SGLT2-remmers zijn bedoeld voor bepaalde mensen met diabetes
Canagliflozine, dapagliflozine, empagliflozine en ertugliflozine zijn de stofnamen. Invokana®, Forxiga®, Jardiance® en Steglatro® zijn de merknamen. De medicijnen zijn tabletten die je inslikt.
SGLT2-remmers worden onder andere gebruikt voor de behandeling van diabetes mellitus type 2. Bij diabetes is de bloedsuiker te hoog. Als dit lang duurt, kunnen hart, ogen, nieren, bloedvaten en zenuwen beschadigen. De eerste stap in de behandeling is gezonde voeding en voldoende lichaamsbeweging. Daardoor kan de bloedsuiker al omlaag gaan. Gebeurt dat onvoldoende, dan kunnen medicijnen als SGLT2-remmers de bloedsuiker verlagen. Ze zorgen ervoor dat de nieren meer suiker uitscheiden. Hierdoor daalt de bloedsuiker.
Canagliflozine, dapagliflozine, empagliflozine en ertugliflozine zijn typen SGLT2-remmers. Het Zorginstituut heeft onderzocht of deze SGLT2-remmers vergoed kunnen worden bij bepaalde patiënten met diabetes type 2 en bepaalde risicofactoren voor het krijgen van hart- en vaatziekten. Het gaat hierbij om 4 van de volgende risicofactoren:
- patiënten die roken
- patiënten met een bepaalde vorm van te hoge bloeddruk (therapieresistente hypertensie)
- patiënten met een te hoog cholesterol
- patiënten met een hoge leeftijd van 60 jaar of ouder
- patiënten met chronische nierschade.
Meer informatie voor patiënten (Apotheek.nl)
Meer informatie voor professionals (Farmacotherapeutisch Kompas)
Advies Zorginstituut over het vervallen van de vergoedingsvoorwaarden
Het Zorginstituut adviseert de minister van VWS om de SGLT2-remmers te vergoeden uit het basispakket van de zorgverzekering voor de genoemde groep patiënten. Het Zorginstituut adviseert de minister van VWS ook om de bijlage 2-voorwaarden te laten vervallen voor de SGLT-2-remmers canagliflozine, dapagliflozine, empagliflozine en ertugliflozine. Het Zorginstituut verwacht dat het laten vervallen van de vergoedingsvoorwaarden samengaat met beperkte meerkosten.
De SGLT-2-remmers blijven opgenomen in het GVS op bijlage 1A (cluster 0A10BXAO V). De medicijnen blijven vergoed voor specifieke patiëntengroepen.
Kijk voor meer uitleg over het GVS en de bijlagen 1A, 1B en 2 op de pagina ‘Vergoeding van extramurale geneesmiddelen (GVS)’.
Meer informatie of vragen?
Hebt u vragen over dit advies? Mail uw vraag dan naar het Zorginstituut via warcg@zinl.nl. Hebt u vragen over de vergoeding van een medicijn, het eigen risico of wilt u weten of u een eigen bijdrage moet betalen? Kijk daarvoor op onze informatiepagina over eigen risico en eigen bijdrage. Of vraag het uw zorgverzekeraar.
Hoe is het advies ontstaan?
De minister van VWS vraagt het Zorginstituut een beoordeling te doen. De minister neemt de uiteindelijke beslissing om het medicijn wel of niet te vergoeden uit het basispakket van de zorgverzekering.
Bekijk het filmpje voor meer uitleg over hoe wij de beoordeling van geneesmiddelen aanpakken.

Uitleg over vergoeden van medicijnen
SGLT2-remmers zijn extramurale geneesmiddelen. Extramuraal betekent: medicijnen voor thuisgebruik die u op recept van een arts bij de apotheek kunt halen. Ze worden alleen vergoed uit het basispakket van de zorgverzekering als ze in het GVS staan.