Kwaliteitskader Spoedzorgketen

Het Kwaliteitskader Spoedzorgketen is in februari 2020 door het Zorginstituut vastgesteld en opgenomen in het Register. Het Kwaliteitskader beschrijft hoe partijen in de zorg met elkaar samenwerken om iedere patiënt met een spoedzorgvraag goede kwaliteit van zorg te bieden, 24 uur per dag en 7 dagen per week. Het Kwaliteitskader is een landelijk kader met ruimte voor ontwikkeling en regionale invulling. Het is opgesteld door 11 bij de spoedzorg betrokken partijen. Van deze partijen wordt verwacht dat zij vanaf nu gaan werken volgens de gemaakte afspraken. Door het kwaliteitskader weet de patiënt op welke zorg hij kan rekenen.

Spoedzorgketen

Het nu ontwikkelde kwaliteitskader beschrijft de minimale vereisten voor de (regionale) organisatie van spoedzorg. Het bevat bestaande en nieuwe normen en aanbevelingen voor de verschillende stappen in de spoedzorgketen: melding, triage, zorgcoördinatie, diagnostiek en behandeling, coördinatie uitstroom.

Wat houdt het Kwaliteitskader Spoedzorgketen in?

Bij het opstellen van het Kwaliteitskader Spoedzorgketen is rekening gehouden met een aantal belangrijke uitgangspunten. De organisatie van de spoedzorg moet volgen uit wat nodig is om de patiënt goede zorg te bieden: het perspectief van de patiënt staat daarom altijd voorop. Patiënten met een acute zorgvraag moeten zo snel mogelijk op de juiste plek in de spoedzorgketen terechtkunnen. Als dat kan dicht bij huis en als dat nodig is verder weg.

Het Kwaliteitskader Spoedzorgketen beschrijft de minimale vereisten voor de (regionale) organisatie van spoedzorg. Het gaat om de minimale kwaliteitseisen voor:

  • De huisartsenspoedzorg
  • De ambulancezorg
  • Zorg geleverd door de mobiele medische teams (MMT)
  • De spoedeisende ziekenhuiszorg

De ambitie van de betrokken partijen is om in een volgende versie van het kwaliteitskader andere vormen van spoedzorg te betrekken, zoals de acute psychiatrie en acute verloskunde.

De 11 partijen die het Kwaliteitskader hebben opgesteld en ingediend zijn:

  • Ambulancezorg Nederland (AZN)
  • Federatie van Medisch Specialisten (FMS)
  • InEen
  • Landelijke netwerk acute zorg (LNAZ)
  • Nederlandse Federatie van Universitair medische centra (NFU)
  • Nederlands Huisarts Genootschap (NHG)
  • Nederlandse Vereniging van Spoedeisende Hulp Artsen (NVSHA)
  • Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen (NVZ)
  • Patiëntenfederatie Nederland
  • Verpleegkundigen & Verzorgenden Nederland (V&VN)
  • Zorgverzekeraars Nederland (ZN)

Hoe is het proces verlopen?

September 2014

In 2014 heeft het Zorginstituut indicatoren vastgesteld voor 6 spoedzorgindicaties. Daarna werd duidelijk dat er ook behoefte was aan een kwaliteitskader voor de spoedzorgketen, waarin betrokken partijen met elkaar vastleggen hoe zij goede spoedzorg gezamenlijk vormgeven. Zorginstituut Nederland besluit partijen te faciliteren om hierover afspraken te maken.

Begin 2015

Gestart wordt met het in kaart brengen van de kwaliteit van de spoedzorgketen in Nederland en mogelijke verbeterpunten.

2015-2016

De basis voor het kwaliteitskader wordt gelegd in 22 regionale bijeenkomsten waarin direct betrokken zorgverleners, verzekeraars en patiëntvertegenwoordigers bespreken welke route (patient journey) een patiënt, die met een ongeplande zorgvraag in de acute keten terechtkomt, normaliter doorloopt. Voor deze bijeenkomsten zijn 11 veel voorkomende ongeplande zorgvragen (ingangsklachten) geselecteerd. Iedere ingangsklacht wordt in 2 verschillende regio’s besproken met een spreiding over dun- en dichtbevolkte gebieden.

Voor de verschillende fases (melding, triage, zorgcoördinatie, diagnostiek en behandeling, coördinatie uitstroom) in de patient journey is vastgesteld:

  • Proces: wat gebeurt er in de ideale situatie?
  • Structuur: wat moet aanwezig zijn?
  • Regie: wie is daarvoor verantwoordelijk?
  • Uitkomst: welke snelheid is nodig om optimale kwaliteit van zorg te leveren?

De uitkomsten van deze bijeenkomsten zijn landelijk teruggekoppeld aan betrokken partijen en worden vervolgens vastgelegd in een eerste concept van het kwaliteitskader Spoedzorgketen.

Begin 2017

Zorginstituut Nederland draagt de regie over aan het Landelijk Netwerk Acute Zorg (LNAZ). Het bottom-up ontwikkelde concept kwaliteitskader Spoedzorgketen vormt de start van het bestuurlijke traject met de 11 partijen op weg naar indiening van het kader aan het Zorginstituut.

Januari 2018

Het door partijen aangevulde en op bestuurlijk niveau besproken kwaliteitskader Spoedzorgketen wordt aangeboden aan het Zorginstituut.

Het kwaliteitskader Spoedzorgketen is aangeboden met een aantal voorbehouden van sommige partijen op zowel inhoud als op financiële impact. Dit viel samen met het verzoek van VWS om -vooruitlopend op een wetswijziging- kwaliteitsstandaarden te toetsen op een mogelijk risico op substantiële meerkosten. Het Zorginstituut heeft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) gevraagd om een QuickScan uit te voeren naar de mogelijke financiële gevolgen van het kwaliteitskader. Voorafgaand aan de QuickScan zijn op advies van de IGJ sommige normen nader geoperationaliseerd.

Mei 2018

De NZa zag in de QuickScan een risico op meerkosten voor 2 nieuwe normen die betrekking hebben op de personele inzet op de SEH. Het Zorginstituut verzoekt de NZa een Budget Impact Analyse (BIA) uit te voeren en daarbij niet alleen naar de kosten te kijken, maar ook naar de beschikbaarheid van de benodigde expertise.

Januari 2019

De resultaten van de BIA zijn beschikbaar gesteld aan partijen. Op basis van de informatie uit de BIA hebben partijen de norm over het aantal ervaringsjaren van de arts op de spoedeisende hulp (SEH) aangepast van 2 naar 1 jaar. Daarnaast zijn nog een aantal andere wijzigingen doorgevoerd.

April 2019

Het Kwaliteitskader Spoedzorgketen wordt namens de 11 betrokken partijen door het LNAZ aangeboden aan het Zorginstituut. Er is sprake van breed draagvlak voor het kwaliteitskader. Echter, het is niet gelukt om tijdig overeenstemming te bereiken over 2 normen die gaan over de vereiste expertise van de arts op de SEH en over de vereiste geriatrische expertise.

Mei 2019

De Raad van Bestuur van het Zorginstituut besluit om de regie op de afronding van het Kwaliteitskader over te nemen (doorzettingsmacht) en heeft de Kwaliteitsraad de opdracht gegeven om de betreffende 2 normen op te stellen en -na consultatie van betrokken partijen- het kwaliteitskader vast te stellen.

Februari 2020

De Kwaliteitsraad biedt het kwaliteitskader Spoedzorgketen aan voor opname in het Register. De Kwaliteitsraad heeft - na consultatie van alle relevante partijen - bepaald, dat de norm inzake de expertise van de arts op de SEH (1 jaar klinische ervaring) wordt overgenomen. Tegelijkertijd is aan de FMS en de NVZ de opdracht gegeven om in goede afstemming met andere partijen te experimenteren met EPA’s in de spoedzorg en deze bij gebleken meerwaarde in een addendum op te nemen. De specialistische geriatrische expertise op de SEH moet op het niveau van de klinisch geriater of internist ouderengeneeskunde worden georganiseerd. Deze is bereikbaar voor telefonische consultatie en beschikbaar om de patiënt te zien voor het nemen van belangrijke beslissingen. De beschikbaarheid kan overigens ook regionaal worden georganiseerd.

De Kwaliteitsraad heeft daarnaast in hoofdstuk 11 van het kwaliteitskader een aantal aanbevelingen en opdrachten voor doorontwikkeling gegeven, zoals het instellen van een landelijke 'Spoedzorgtafel'. Deze Spoedzorgtafel zou zich niet alleen bezig moeten houden met de implementatie en doorontwikkeling van dit kwaliteitskader, maar neemt ook de regie over de volgende stappen in het gezamenlijk en in de volle breedte organiseren van goede spoedzorg voor iedere burger. Het Zorginstituut zal samen met partijen verkennen hoe een dergelijke landelijke tafel vorm kan krijgen en welke taken en verantwoordelijkheden landelijk belegd worden en welke in de regio.

Februari 2020: Opname in Register

Het Zorginstituut plaatst het aangeboden Kwaliteitskader in het Register.

Hoe nu verder?

De vaststelling van het kader is de afsluiting van een intensief traject met alle partijen binnen de spoedzorgsector. Het kader kan nu worden gebruikt om heldere afspraken te maken over de organisatie van de spoedzorg in de regio.

De Kwaliteitsraad roept de partijen op om op basis van het goede werk dat er nu ligt de volgende stap naar een lerende sector te maken, en met elkaar af te spreken hoe zij het proces van ‘samen leren en verbeteren’ gaan vormgeven.