Samen met de Gezondheidsraad adviseert het Zorginstituut de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) over nirsevimab en een vaccin voor zwangere vrouwen. Deze middelen worden gebruikt ter bescherming tegen het respiratoir syncytieel virus (RSV) bij baby’s. De Gezondheidsraad adviseert om alle pasgeboren baby’s nirsevimab aan te bieden om ze tegen het RSV te beschermen. Fabrikanten kunnen daarnaast een verzoek indienen bij het Zorginstituut om vergoeding uit het basispakket aan te vragen voor medische risicogroepen.
Download: Advies RSV middel (nirsevimab) en maternaal vaccin voor medische risicogroepen
Download: Gezamenlijke notitie van Zorginstituut Nederland en Gezondheidsraad over immunisatie voor kinderen tegen RSV
Aanleiding: Gezondheidsraad en Zorginstituut adviseren samen over vaccinaties
De Gezondheidsraad (GR) en Zorginstituut Nederland werken sinds 2014 samen bij het adviseren van de minister van VWS over vaccinaties. De Gezondheidsraad beoordeelt of een vaccinatie moet worden opgenomen in het Rijksvaccinatieprogramma (RVP). Het Zorginstituut beoordeelt of het vaccin moet worden opgenomen in het basispakket van de zorgverzekering.
Samenvatting: nirsevimab toevoegen in Rijksvaccinatieprogramma
Het aandeel van de Gezondheidsraad in dit advies is om nirsevimab op te nemen in het RVP voor alle baby’s in hun eerste RSV-seizoen. Het aandeel van het Zorginstituut in dit advies luidt dat nirsevimab alleen vergoed kan worden voor specifieke medische risicogroepen in hun tweede RSV-seizoen als het middel in het Geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS) wordt opgenomen. De fabrikant moet daarvoor een verzoek indienen bij het Zorginstituut. Pas dan kan het Zorginstituut gaan beoordelen of het medicijn wel of niet in het GVS komt. Dit geldt ook voor het vaccin voor zwangere vrouwen.
Bekijk het filmpje voor meer uitleg over hoe wij de beoordeling van geneesmiddelen aanpakken.

Meer informatie of vragen?
Hebt u vragen over dit advies? Mail uw vraag dan naar het Zorginstituut via warcg@zinl.nl.