Uitbreiding vergoeding ‘alternatief voor insuline’ bij diabetes type 2 en obesitas

Zorginstituut Nederland adviseert minister Bruins voor Medische Zorg en Sport de criteria te verruimen voor vergoeding van Glucagon-like peptide 1 receptor agonisten ( GLP-1ra ) uit het basispakket. Deze uitbreiding betreft de behandeling van mensen met diabetes mellitus type 2 en een BMI van 30 en hoger. Het advies van het Zorginstituut volgt op een verzoek van de Rondetafel Diabeteszorg en het aanleveren van nieuw wetenschappelijk bewijs over de werking van GLP-1ra in vergelijking met insuline.

De foto toont een verpleegkundige die een insulineinjectie inbrengt bij een patiënt
Beeld: ©Hollandse Hoogte/ANP

Het hormoon GLP-1ra remt de afgifte van glucagon, vertraagt het legen van de maag en vermindert de eetlust. Het middel wordt toegediend als een injectie in de buikhuid, net als insuline. Op basis van het advies van het Zorginstituut komen mensen met diabetes mellitus type 2 en een BMI van 30 en hoger, vanaf het najaar 2019 in aanmerking voor vergoeding van GLP-1ra als hun bloedglucosewaarden onvoldoende te stabiliseren zijn met een maximale verdraagbare dosering metformine in combinatie met een sulfonylureum-derivaat, en zij geen insuline gebruiken.

Beschikbaarheid betere diabeteszorg optimaliseren

Het advies van het Zorginstituut volgt op een verzoek om verruiming van de BMI-voorwaarde door de Rondetafel Diabeteszorg. Alle partijen die in Nederland betrokken zijn bij goede diabeteszorg, nemen deel aan dit overlegorgaan. Het doel is de beschikbaarheid van betere diabeteszorg in Nederland te optimaliseren.

Bewezen gunstige effecten gebruik GLP-1ra

Vanaf een BMI van 30 is sprake van ernstig overgewicht (obesitas) en een toename van het risico op ziektes en overlijden, vooral door diabetes en hart- en vaatziekten. Recente wetenschappelijke studies tonen aan dat GLP-1ra een belangrijk toegevoegde waarde heeft in de behandeling van mensen met type 2 diabetes. Dit nieuwe onderzoek vormde de directe aanleiding voor de Rondetafel om het Zorginstituut te verzoeken de vergoedingscriteria te verruimen, evenals het besluit van het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) en de Nederlandse Internisten Vereniging (NIV) om hun behandelrichtlijnen voor diabetes mellitus type 2 aan te passen op basis van de nieuwe bewijslast.

Klinisch relevant gewichtsverlies

"Mensen met type 2 diabetes die behandeld worden met metformine en een sulfonylureum-derivaat moesten tot voor kort vaak insulinetherapie starten als hun glykemische regulatie te wensen overliet en de gewenste Hba1c-streefwaarde niet werd bereikt", aldus Erik Serné, internist bij Amsterdam UMC en lid van de Rondetafel Diabeteszorg. " GLP-1ra geeft op meerdere vlakken belangrijke winst ten opzichte van insulinetherapie. Het gaat om klinisch relevant gewichtsverlies tegenover gewichtstoename door insulinetherapie, vermindering van het aantal hypoglykemieën en een bewezen bescherming tegen hart- en vaatziekten." Vanwege deze voordelen zal GLP-1ra volgens Serné "uiteindelijk insuline gaan vervangen als eerste injecteerbare therapie."

Omvang patiëntengroep, kostenraming

De groep mensen met diabetes mellitus type 2 en een BMI van 30 tot 35 die op basis van het advies van het Zorginstituut in aanmerking komt voor vergoeding van GLP-1ra bovenop hun orale medicatie, wordt geschat op ruim 5.000 in het 1e jaar van vergoeding, oplopend naar rond de 15.300 mensen na 3 jaar. De kosten voor het basispakket worden geraamd op € 7,5 miljoen na 3 jaar, waarbij rekening is gehouden met verlaging van het aantal patiënten uit de omschreven patiëntengroep dat anders zou moeten overstappen op basale (langwerkende) insuline plus de kosten van benodigde hulpmiddelen.

De verruiming van de vergoedingscriteria voor GLP-1ra zal na goedkeuring door de minister, naar verwachting binnen 4 tot 6 weken in het Geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS) zijn opgenomen.

Voor mensen met type 2 diabetes en een BMI van 30 of hoger behoort GLP-1ra in combinatie met langwerkende insuline al sinds januari 2017 tot vergoede zorg uit het basispakket. Ook hier ging een unaniem gedragen advies van de Rondetafel Diabeteszorg aan vooraf.

Over de Rondetafel Diabeteszorg

Elke 2 maanden bespreken de leden van de Rondetafel Diabeteszorg kansrijke behandelmethoden en hulpmiddelen die de zorg aan diabetespatiënten in Nederland verder kunnen verbeteren. Onderwerpen worden geagendeerd door zorgverleners en patiëntenorganisaties. Het ministerie van VWS en Zorginstituut Nederland, beheerder van het basispakket aan verzekerde zorg, nemen als waarnemer deel. Marja van Strien, voorzitter van de Rondetafel Diabeteszorg en directeur van de Nederlandse Diabetes Federatie: "Gezamenlijke besluitvorming is een essentiële voorwaarde bij het streven om met elkaar duurzame diabeteszorg te realiseren, die optimaal doelmatig is en van hoge kwaliteit."