Aantal indicatoren in medisch-specialistische zorg daalt met 25%

Partijen in de medisch-specialistische zorg (MSZ) zijn er in geslaagd om voor 2019 het aantal structuur- en procesindicatoren met 25% te verminderen ten opzichte van dit jaar. Dit blijkt uit een telling door het Zorginstituut van het aantal vastgestelde indicatoren waarover zorginstellingen volgend jaar gegevens openbaar maken. Tegelijkertijd is het percentage uitkomstindicatoren voor 2019 opnieuw gestegen. Dit laat zien dat bij het meten van de zorgkwaliteit de nadruk steeds meer komt te liggen op het resultaat voor de patiënt. Ook ontstaat hierdoor steeds meer inzicht in kwaliteit van zorg.

De foto toont een tienermeisje in gesprek met haar huisarts

Relatief meer uitkomstindicatoren

Het aantal uitkomstindicatoren stijgt ten opzichte van 2018 met 4% naar 23%. Het aantal structuur- en procesindicatoren daalt met 25%. Daarmee is de doelstelling voor de vermindering van de indicatoren gehaald die in het bestuurlijk akkoord medisch specialistische zorg 2019-2022 is afgesproken. Dit akkoord benadrukt de richting die zorgaanbieders, patiëntenorganisaties en zorgverzekeraars op willen: naar meer uitkomstinformatie die er voor individuele patiënten toe doet.

Sinds enkele jaren streven partijen in de medisch specialistische zorg (en ook in andere zorgsectoren) ernaar om het aantal structuur- en procesindicatoren te verminderen en het aantal uitkomstindicatoren te verhogen. Patiënten zijn namelijk meer geholpen met relevante informatie over uitkomsten van en ervaringen met behandelingen (uitkomstindicatoren) dan met gegevens over bijvoorbeeld de beschikbare faciliteiten in een ziekenhuis (structuurindicatoren) of het aantal patiënten dat meedoet aan een onderzoek (procesindicatoren).

Toenemend belang uitkomstinformatie

Door de nadruk op uitkomstindicatoren wordt de implementatie en het gebruik van uitkomstinformatie in de zorg ook steeds belangrijker. Dat geldt vooral voor informatie over de individuele zorgverlening die de kwaliteit van leven in kaart brengt. Zo kunnen patiënt en zorgverlener samen voor de best passende behandeling kiezen. Wat een relevante uitkomst is voor patiënten, volgt dan ook uit de interactie tussen patiënt en zorgverlener. Het gebruik van uitkomstinformatie in het proces van samen beslissen wordt onder meer gestimuleerd door de subsidieregeling Transparantie over de kwaliteit van zorg.

Inzicht in kwaliteit van zorg

Om de ervaren regeldruk te verminderen wordt sinds 2014 onder regie van het Zorginstituut gewerkt aan het verminderen van het aantal indicatoren. Koepelorganisaties van zorgaanbieders, patiëntenorganisaties en zorgverzekeraars stellen elk jaar in oktober de indicatoren vast. De kwaliteitsinformatie die deze indicatoren opleveren, publiceert het Zorginstituut via de 'Openbare Database' op de website Zorginzicht. Op Zorginzicht staan alle openbare kwaliteitsgegevens over geleverde zorg die door zorgaanbieders zijn gemeten en aangeleverd. De indicatoren voor de MSZ voor 2019 zijn hier ook te vinden.

Indicatoren in de zorg

Een indicator is een meetbaar aspect van zorg en geeft aan hoe het staat met de kwaliteit van zorg. Er zijn 3 verschillende typen indicatoren:

  • Structuurindicatoren beschrijven of een zorgaanbieder voldoet aan bepaalde voorwaarden om goede zorg te kunnen verlenen. Zij geven informatie over hoe de zorg georganiseerd is.
  • Procesindicatoren gaan over het zorgproces. Zij meten onderdelen van zorgverlening, bijvoorbeeld of een zorgaanbieder wel of niet volgens richtlijnen werkt.
  • Uitkomstindicatoren meten resultaten van en geven inzicht in ervaringen met behandelingen.